Tijd

Naarmate ik ouder word, hoe meer ik besef dat tijd mijn grootste rijkdom is geworden. Als ik ’s avonds mijn tanden poets, denk ik dat ik mag blij zijn dat ik deze dag heb gekregen en gezond was. Misschien sta ik de dag erna wel op met een bepaalde pijn ergens. En misschien kan dat wel iets ernstig betekenen. Een beetje beroepsmisvorming, maar toch.

We werken allemaal hard. Vaak 5 dagen op het werk. In het weekend nog eens een job thuis. Want een huishouden draait niet vanzelf. De kinderen. Een sociaal leven. Hobby’s. We doen het allemaal tegelijk en liefst zo goed mogelijk. Best ook nog met een fotootje op Instagram.

Waar is de tijd nog om stil te staan? Waar is de tijd om nog te beseffen dat we leven? Of is dat juist de bedoeling? Dat we gewoon allemaal zo hard bezig zijn, dat we zelfs geen tijd meer hebben om na te denken. Is dit de weg tot we op pensioen gaan? Ik begin meer en meer te twijfelen.

Uiteraard moeten we werken. Daar kunnen we niet langs. Het geld komt niet uit hemel gevallen. Maar zijn we niet te hard bezig? Leven we niet aan 200 km/h?

Als ik een advies geef aan mensen in mijn kabinet, dan zeg ik vaak: ”Leef met mate”.

Misschien vergelijk ik het wel een beetje met hoge bloeddruk. Dat kan een tijd aanhouden zonder gevolgen. Het lichaam kan zich een beetje aanpassen. Maar het hart wordt extra belast en de slijtage is hoger. Dat is wat we momenteel ook als mens doen. Ons lichaam en brein overbelasten.

Dat zien we genoeg in de langdurige ziektecijfers. Het aantal burn-outs is door het dak gegaan. Maar dat is volgens mij een uitleg voor de overbelasting van de mens op zijn geheel. Leven in een ratrace heeft zijn gevolgen. Punt aan de lijn. En we krijgen de rekening gepresenteerd.

Onlangs ging ik naar het museum van Folon in Terhulpen. Ik ben al een lange tijd bewonderaar van zijn werk. Ik was ontroerd van de schoonheid van de kunst. En nadien dacht ik, hoeveel talent en schoonheid wordt er gemist doordat mensen constant bezig zijn met werken. Ik ben zelf terug gestart met tekenen. Ik ben zelfs met iets compleet nieuw gestart, namelijk beeldhouwen. Ergens is de behoefte gekomen om dingen te maken. Dingen te creëren. We vergeten ergens om onszelf te ontwikkelen.

Mensen zitten vol talenten. Mensen kunnen zo’n mooie dingen maken. Laat het zotte leven dat niet wegduwen.

Keuze

Gisteren keek ik naar een aflevering van Wallander. Een detective wiens leven zich afspeelt op het Zweedse platteland. Een moeilijke band met zijn dochter en een vader die dement wordt. Een gekwelde geest. Als hij tijdens een scene terug een telefoon krijgt voor een moord, moet hij de keuze maken tussen een crisissituatie met zijn vader en het werk. De lokroep voor het laatste is sterker. Ook bij een etentje met zijn dochter en haar nieuwe vriend, moet hij weg voor zijn plicht. Hij bijt zich vast tot hij een zaak heeft opgelost. Ik denk luidop, ongelooflijk toch dat er zo’n mensen bestaan die gewoon tot het einde gaan om een moordenaar te vinden. Gelukkig dat ze er zijn! Maar wacht, dit is fictie. Toch? 

Het is eigenlijk zeer ambigu, hoe mijn brein hierover nadenkt. Aan de ene kant denk ik dat er mensen zijn die keihard werken en zich daar helemaal in verliezen. Mensen die een doel willen bereiken en daar ook soms in slagen. Wat dat doel ook mag zijn. Geld? Erkenning? Aan de andere kant zie ik dat dit ook veel schade kan berokkenen op persoonlijk vlak. Een man die gekweld, eenzaam, verscheurd en leeg in zetel naar buiten staart. 

Een ambigu gevoel dat me niet loslaat. Wat kies je? Een carrière? Een goede band met je gezin en familie?  Allebei? Kan dat? 

Het nieuwe album van Stikstof verscheen net op Spotify. Familie boven alles. Familie kan je volgens mij op verschillende manieren interpreteren. Je vrienden of je gezin. Je naaste omgeving. Dat is het allerbelangrijkste in het leven. De kern van je bestaan, de basis. Het geluk hebben en delen. Zorgen voor mekaar. Los van alle duisternis en problemen. 

De contradictie met Wallander kan eigenlijk niet groter zijn.

Is het niet logisch dat je als mens voor je naasten zorgt? Dat je gezin, familie of vrienden de prioriteit van je leven zijn? Maar er moet ook brood op de plank komen. Een job moet. Voor veel mensen is het zelfs echt overleven, in een harde wereld.

Keuzes. Het leven bestaat uit keuzes. Ze worden gevormd door de situatie waarin we geboren worden, onze opvoeding, onze vrienden, onze omgeving, dingen die we reeds hebben gedaan, …

Durf stil te staan bij keuzes. En doe wat je denkt dat goed is.

Ik luister opnieuw naar Familie boven alles. 

Ziekteverzuim

foto genomen in La Brugeoise (Brugge)
foto genomen in La Brugeoise (Brugge)

Nu ik zelf nog onlangs 5 dagen in mijn bed heb gelegen met een migraine aanval, is het misschien een mooi moment om het over ziekte te hebben.

Ziekte, we worden er meer en meer mee geconfronteerd. En volgens mij grotendeels terecht. Er zijn wel degelijk veranderingen gaande.

Eerst enkele cijfers. Volgens een recente studie zou 8 op de 100 mensen in België chronisch of langdurig ziek zijn (>1 maand). Van die 8 chronische zieken zouden er 2 thuis zijn door depressie en 2 door rugproblemen. In de Standaard stond er zelfs dat de helft van de Vlamingen moet langdurig behandeld worden voor een chronische aandoening (astma, depressie, diabetes,..). Er is een duidelijke stijging in aantal te merken. Deze heeft natuurlijk te maken met de veroudering en de levensstijl van de bevolking. Kanker en HIV worden ook onder chronische aandoeningen gecategoriseerd omdat ze beter kunnen behandeld worden.

In de bedrijfsgeneeskunde wordt er ook duidelijk meer en meer nadruk op ziekteverzuim gelegd. Er zijn 4 soorten ziekteverzuim. Zwart, wit, grijs en roze. Maar ik wil jullie de uitleg hiervan besparen. Het ziekteverzuim stijgt. We kunnen er niet meer rond. Mensen die niet kunnen werken, kosten geld aan de bedrijven en de maatschappij. Logisch dus, dat we, naar Nederlands model, dit willen bestuderen en aanpakken.

Als bedrijfsarts kom ik elke dag in contact met gezonde mensen en langdurig zieken. Van cijfers naar de realiteit dus.

Waarom stijgen de ziekteverzuim cijfers? Goede vraag. Dat is een verzameling van factoren, volgens mij. Het is een combinatie van zowel psychische als lichamelijke problemen. Zo is er de toenemende werkdruk. Meer werk voor minder mensen. Alsmaar meer informatica systemen. Een miljoen mails per dag. Altijd en overall telefonisch beschikbaar zijn,deadlines, mensen worden mondiger,…Het is niet gemakkelijk om daar als mens elke dag mee om te gaan. Zeker niet als je daarnaast nog eens een druk leven hebt (kinderen, vrienden, familie,…). Lichamelijk zijn er veel problemen van de rug, schouders, knieën,…Al wordt er meer en meer nadruk op ergonomie gelegd

foto genomen in La Brugeoise (Brugge)
foto genomen in La Brugeoise (Brugge)

Mensen die langdurig ziek zijn, komen langdurig op de ziekenkas en/of invaliditeit te staan. Er is geen contact meer met de werkgever. Mensen komen in een sociaal isolement te staan. Ze komen in een vicieuze cirkel. Hoe moeten die mensen daar in Godsnaam uit geraken? Hoe moeten we die situatie oplossen? Reïntegratie is een woord dat je in de toekomst meer en meer zal horen. En daar is een rol weggelegd voor de behandelende arts en de bedrijfsarts. Een spontaan gesprek met deze mensen tijdens hun ziekteverlof kan reeds een idee geven over wat deze mensen lichamelijk of geestelijk kunnen en niet kunnen.

Veel werkgevers kunnen hier een grote rol in spelen en deze mensen toch een tijdelijke aangepaste job of zelfs een andere job geven. Veel werkgevers kunnen deze mensen uit hun insolement halen. Gelukkig gebeurt dit (nog). Maar jammer genoeg kunnen of willen niet alle werkgevers een andere job geven. Vooral kleinere werkgevers kunnen geen oplossingen aanbieden.

Maar ik vrees dat de instroom van chronisch zieke mensen te groot is.

De mogelijke routes die langdurig zieken kunnen volgen:verder op ziekteverlof/invaliditeit blijven staan, zelf ontslag nemen of medisch ontslag en op RVA komen.

Maar wat gaat de arbeidsmarkt en de maatschappij blijven doen met al deze mensen? Ik hoor Minister De Block zeggen dat we de mensen een job op maat moeten geven. Maar ik blijf er bij, de meeste werkgevers kunnen dit niet. Waar ga je deze mensen blijven plaatsen? Waar komen en kunnen ze terecht? Er bestaan wel degelijk systemen als arbeidstraject en loopbaan begeleiding. Maar ik heb persoonlijk vaak het gevoel dat mensen in een zwart gat terecht komen na bijvoorbeeld een medisch ontslag. Vooral 50-ers maken zich grote zorgen over hun toekomst en ik begrijp ze wel. Je kan toch moeilijk op termijn fabrieken gaan zetten waar mensen een job “op maat” kunnen uitoefenen?

Daarom maak ik mij dus zorgen over de huidige evolutie. Pensioen op 67 jaar is een utopie of er moet echt iets grondig gaan veranderen.

Kanegemse velden
Kanegemse velden

Arbeidsgeneeskunde wordt hervormd en afgebouwd. Het tekort en de onaantrekkelijkheid van het beroep maken het er niet beter op. Terwijl ik juist denk dat bedrijfsartsen een heel goede inschatting kunnen maken van wat mensen kunnen en niet kunnen op arbeidsvlak. Beste regering, stippel een traject uit, waarbij chronisch zieke mensen bij de bedrijfsarts terecht kan. Haal ze uit hun isolement. Maak ook een kader waarin bedrijven gaan samen zitten, hoe ze een loopbaan kunnen uitstippelen. De bedoeling van iemand aan te werven is om die persoon vanaf zijn eerste dag tot zijn laatste dag, 40 jaar later, te kunnen tewerkstellen. Flexibele vormen van tijdskrediet, flexibeler uren, halftijds of 4/5 niet zwaar afstraffen vanaf 50. Naar Scandinavisch model. Hou mensen aan het werk. Concentreer de arbeid niet op 20 jaar hard werken, maar spreid het uit over 40. Maak een lange loopbaan draaglijk. Mentaal en fysiek. Ik besef dat we allemaal langer moeten werken. Maar daar gewoon een paar jaren bijlappen zonder dat er consequenties aan vasthangen lijkt me niet verstandig.

Zoals ik hierboven al schreef, er is echt nog heel veel werk aan de winkel. Ik doe alvast mijn best om chronisch zieke mensen te helpen, elke dag opnieuw.

Alleen is maar alleen

P1100695

Vooraleer u verder leest, dit is geen klaagzang of gejammer over alleen zijn. Althans, ik zal u zoveel mogelijk sparen. Beloofd.

Eerst de cijfers. In Vlaanderen waren er in 2013, zo’n 820.000 alleenstaanden (tussen 20 en 69 jaar). Volgens een recent tv-programma zou 1 op de 3 alleenstaand zijn en in de steden zou dat oplopen tot zelfs 1 op 2. In 2060 zal het aantal alleenstaanden 50% hoger zijn dan in 2014 (Knack). Dat komt niet alleen door de vergrijzing maar ook door de toename in de actieve bevolking, door scheidingen bijvoorbeeld.

Verbijsterend toch?

Persoonljik lijkt het voor mij of die cijfers totaal niet overeenkomen uit wat ik rondom mij zie. Al zal dat misschien subjectief zijn.

Maar is dit wel een wereld voor alleenstaanden?

We zullen beginnen in de supermarkt. Probeer maar eens vlees te vinden dat per stuk is verpakt. Veel dingen zijn per 2, per 3 of 4 verpakt. Bestemd voor gezinnen. Vervolgens gaan we op restaurant. Een gezellig dineetje alleen? Toptip, neem een boek mee. Kom je beter over dan constant over dat schermpje van je gsm te zitten vegen. Maar tafels zijn altijd per 2 of per 4. Ok, het moet opbrengen, da’s waar. En misschien komt er wel iemand bij jou zitten. Maar nu denk ik te veel aan Hollywood films. Ah ja, juist. Naar de film? Alleen? Doet u dat ? Alleen wonen. Willen we eens kijken voor een huis te huren of te kopen? Ik stel voor dat je het wantrouwen van de bank of de eigenaar best negeert. Uit wat ik hoor is voor het alleenstaanden quasi onmogelijk geworden om nog iets te kopen. Ik heb het zelf mogen meemaken hoe moeilijk het was om mijn dossier goed te keuren. Een ander leuk moment. Trouwfeesten. De eerste maal kwam ik voor een fotograaf te staan. Waar is uw vrouw? Heb ik niet. Ok, dan een foto alleen. En dan kom je aan een tafel te zitten met 4 koppels. Zielig? Vind ik niet. Maar je voelt op zo’n momenten wel aan, dat de wereld er één is van koppels. Wanneer voel je nog dat je alleen bent? Als je ziek bent. Dan lig je daar alleen in je bed. Dan besef je misschien wel het meest dat je iemand mist, die voor je kan zorgen. Zijn de belastingen minder voor een alleenstaande? Nee hoor. Op reis gaan? Kamer alleen minder duur? Nee.

Na al deze voorbeelden heb ik toch een bepaald gevoel dat onze maatschappij toch niet echt op alleenstaanden is gericht.

Dan kan je natuurlijk zeggen, wel, waarom leer je dan niemand kennen?

P1050549

Goede vraag! Hoe kom je aan een lief?

Een vrouw leren kennen op café? Het kan, maar dan denk je bij jezelf, wat doet een vrouw in godsnaam alleen op café? Pas op. Het kan. Uitzonderingen bevestigen de regel. Maar doodleuk op iemand afstappen, je moet het maar doen. In een discotheek? Daar staat de muziek veel te luid en het is er zodanig donker. Nee, geen goede plek. Via het werk? Kan. Via vrienden? Kan ook. Via het internet? Ooh ja. Daar is de maatschappij en de commercie wel op voorzien. We zitten blijkbaar allemaal op dat internet. We hebben als alleenstaande ook weinig tijd. En iemand op café, op straat of in de supermarket aanspreken, dat is toch niet echt ons ding. Al vraag ik mij vaak af, wat heb ik te verliezen? Maar toch, op je bek gaan, er zijn plezantere dingen in het leven. Eigenlijk komt het er op neer, dat we misschien allemaal minder sociaal en verbaal geworden zijn. We doen onze mond niet meer open, we durven niemand meer aanspreken. Leve de a-sociale media, facebook, twitter en andere consoorten. Leve het staren naar onze gsm. Maar goed, ik dwaal af. We kunnen dus beter iemand aan de haak slaan, vanachter een toetsenbord. Dat gaat nu éénmaal vlotter. Maar hoe kunnen we onze vijver vergroten? Juist ! Internet! We kunnen beginnen met tinder. Een soort van geïnformatiseerde beenhouwerij. Je kan de straal waarin je iemand wil vinden instellen, alsook de leeftijdscategorie. En vervolgens krijg je foto’s te zien. Als je iemand leuk vindt, kan je op een hartje duwen. Anders kan je swipen. Wat een leuke bezigheid toch! Maar komt daar nu wat van? Wel, je moet eigenlijk al beide mekaars foto leuk vinden, vooraleer er een match komt. Tenzij je natuurlijk iedereen een hartje geeft, komt daar dus weinig uit. Althans, als je het dus serieus opneemt. Nee. Volgende methode! De dating site. Hier kan je het kaf van het koren scheiden denk je dan. Door het betalen van een som geld, aan één of ander louche adres in Duitsland, kan je je profiel op een site zetten. Met een paar foto’s en wat info over jezelf, krijg je partnervoorstellen en zie je ook wie je profiel bezoekt. Je kan ook vragen stellen en berichten sturen. Op het eerste zicht lijkt dat een goed systeem, maar uiteindelijk komt het toch vaak op hetzelfde neer. We kijken naar de foto en gaan op basis daarvan iemand gaan benaderen. Da’s eigenlijk gewoon de essentie van dating sites. Of daar nu veel of weinig over jezelf bij staat, dat maakt toch niet echt uit. In dat aspect lijkt het in pure essentie goed op tinder. Maar dan in een soort van versie 2.0. En vooral…betalend. Uiteindelijk zal internet zijn plaats hebben en zelfs meer en meer gaan bijdragen tot het vinden van een partner. Maar toch. Misschien ben ik nog van de oude stempel. Ik denk dat je emand gewoon moet tegenkomen. Via via. Gewoon iemand waar je op botst en waar die vonk dan overslaat.

Ze zeggen altijd, je mag niet op zoek gaan naar iemand. Het is op het moment dat je niet zoekt, dat het je overvalt. Mooi gezegd. Maar door in je zetel te zitten thuis met een cola zero in de hand, zal er geen helicopter boven je huis komen cirkelen waar je droomvrouw uit valt. Helaas!

Ik denk dat je gewoon gezond moet openstaan voor iemand. Soms ook proberen iemand aan te spreken. Een berichtje te sturen.

Ik blijf er bij, soms heb je niks te verliezen. Laat me maar op mijn bek gaan.

Onlangs vroeg er mij een patiënte, of ik niet beter ongelukkig was met 2, dan ongelukkig alleen. Ik kan niet zeggen dat ik als alleenstaande gelukkig ben, da’s waar. Maar echt diep ongelukkig ook niet. Happy single bestaat volgens mij trouwens niet. Maar er zijn veel mensen, in een relatie, die minder gelukkig zijn dan ik nu. Hoe ik zie hoe die wegkwijnen, dan ben ik toch liever alleen. Alleen zijn heeft trouwens ook goede kanten.

En toch. Ik ben geen mens om alleen te zijn.

Vestibulaire migraine

Foto genomen op Ile de la Vassivière in de Corrèze streek in Frankrijk (maart 2015)
Foto genomen op Ile de la Vassivière in de Corrèze streek in Frankrijk
(maart 2015)

Het is bijna een jaar geleden. Ik ben herstellende van een grote aanval. Het went nooit.

Vorig jaar werd mijn diagnose van Ménière door een professor uit Antwerpen gewijzigd naar vestibulaire migraine. Na 13 jaar kreeg het monster een ander naamkaartje. Aan de ene kant een geruststelling want geen doofheid, aan de andere kant nog altijd een aandoening die je levenskwaliteit grotendeels kan beïnvloeden.

Maar wat is het nu eigenlijk, die vestibulaire migraine?

Heel veel mensen en zelfs collega dokters weten niet wat ze met die 2 woorden moeten aanvangen. Migraine kent men natuurlijk wel. Al blijft dat nog altijd een onderschatte aandoening. Het is zoveel meer dan een “simpele” hoofdpijn.

Nog maar sinds een aantal jaren, zijn er diagnostische criteria opgesteld voor deze vorm van migraine (International Classification of Headache disorders). Aanvallen van hoofdpijn die gepaard gaan met duizeligheid. Deze kunnen minuten, uren en zelfs dagen duren. De hoofdpijn kan vooraf, tijdens of achteraf optreden. Maar er zijn ook mensen die even goed een aanval kunnen doormaken zonder hoofdpijn. Voor de aanvallen kan er een aura optreden, zoals lichtflitsen of tintelingen in handen of gelaat. Tijdens de aanvallen kan er angst optreden voor licht (fotofobie) en voor geluid (fonofobie). Bij mij is dat laatste enorm sterk. De vaatwasmachine ledigen is een ware foltering. Het volume van de televisie moet een paar streepjes naar beneden. Uitlokkende factoren zijn vermoeidheid en te weinig slaap, bepaalde geuren (rook, parfum), stress, voeding (chocolade? Kruiden?), alcohol,…In de neus-keel-oor arts praktijk is het de tweede belangrijkste groep (11%) van mensen met duizeligheid. Een voorgeschiedenis van migraine of hoofdpijn is een belangrijke factor in deze aandoening.

Foto genomen tijdens mijn dag meevaren met de marine (september 2014)
Foto genomen tijdens mijn dag meevaren met de marine (september 2014)

Maar hoe leef ik er mee?

Tijdens het jaar ervaar ik regelmatig hoofdpijn. En vaak voel ik dat ik op mijn limiet zit en moet rusten. Mijn nek speelt de rol van barometer. De stress laat zich immers heel hard voelen in de spanning van mijn nekspieren. Soms kom ik thuis en moet ik een dutje doen of vroeg in mijn bed kruipen. Maar als de cocktail van vermoeidheid en een periode van stress goed zit,  dan weet ik dat het er zit aan te komen. De aanval kan soms heel abrupt zijn, maar zich ook aankondigen. Stress is dus duidelijk een trigger voor migraine. Maar wat ik zelf persoonlijk ervaar is dat ontstressing of relaxatie ook een aanleiding kan geven tot een aanval. Ik ervaar veel lichte aanvallen tijdens het jaar en jammer genoeg ook 1 tot 2 zware aanvallen. Bij zo’n zware aanval kan je niks anders doen dan roerloos in je bed liggen. Slapen en nog eens slapen. Opstaan is een nachtmerrie. Elke beweging van het hoofd, doet de paardemolen draaien. Je ogen kan je niet meer fixeren. Die proberen angstvallig een punt te fixeren. Wat ze in medische termen, een nystagmus noemen. Je nekspieren zitten keihard vast. De dagen na een aanval zijn enorm moeilijk. Er kan altijd een tweede of derde aanval volgen.

Wachten. Dat is het enige wat je kan doen. Wachten en rusten. De duizeligheid verbijten. De hoofdpijn verbijten. En hopen dat het voorbij gaat.

Werken of auto rijden lukt niet. Boodschappen doen is een nachtmerrie. Links en rechts kijken in de rekken is een verschrikking. Aan de kassa staan duurt een eeuwigheid. Het is alsof je alles opnieuw moet leren. En telkens is het een overwinning als het terug lukt om zo’n dingen te doen. Met koud zweet op het voorhoofd begin je weer eenvoudige taken uit te voeren.

Het moeilijkste bij een aanval is het besef dat het voorbij gaat. Daar vertrouwen in hebben. Je mag het gerust angst noemen. Met ook zelfs de angst voor de angst.

Het leven stopt helemaal. De stekker wordt er echt uit getrokken. Gedaan vriend. Luisteren zal je. Zelfs recht staan zal ik je niet meer toelaten. Gehoorzamen. Je hebt geen andere keuze. Het maakt dat ik dingen moet missen in mijn leven.Zoals het vrijgezellenweekend van een goede maat. Pffff. Ik vloek me te pletter.

foto eveneens genomen in centre 'd art international op Ile de Vassivière, waar ik trouwens ook een kleine aanval doormaakte
foto eveneens genomen in centre ‘d art international op Ile de Vassivière, waar ik trouwens ook een kleine aanval doormaakte

Het doet me telkens beseffen wat gezondheid betekent. Het leert me relativeren. Het zal mijn ganse leven als een zwaard van Damocles boven mijn hoofd hangen. Al vergeet je vrij snel de aanval als het weer beter gaat. Dat wel. Maar ik besef ook, dat dit uiteindelijk maar een kleine last is om te dragen in vergelijking met andere mensen, met zware aandoeningen.

Niet opgeven.

 Referenties:

 *Dizzy Me –Licht op evenwicht (herwerkte editie) Floris Wuyts, Tania Stadsbader ASP

*Stand van zaken: Vestibulaire migraine , R.B. Van Leeuwen, T.D. Bruintjes, H. Kingma, Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde 2014, 158

Kruispunt

P1090111

Na een dagje werken in Brussel, na het zien van mijn patiënten, na de gebruikelijke files, na de reguliere boodschappen, rij ik een kleine landweg in, om tussen de velden te kunnen rijden. In alle rust. Ik zet mijn ruit open en geniet van de eerste lente lucht. De ondergaande zon schittert op de motorkap. De zalige wind is net niet te koud. Ik word er zowaar even week van.

Tot er een auto op mijn bumper komt kleven. Zelfs hier geen rust.

Na het uitladen van de boodschappen en het strelen van mijn kleine viervoeter besluit ik om de deur achter me toe te trekken en te gaan wandelen. Hoe vaak doet u dat ? Na het werk even uitwaaien rond uw deur? Ik heb het dan niet over sporten, want dat heeft voor mij dan weer een andere insteek.

Ik wandel door de wijk. Je ziet iedereen thuis komen. Hup hup, rap het huis binnen. Geen tijd. Kinderen. Huishouden.

Eénmaal tussen de velden kan ik ten volle genieten. Al vliegen er mij met regelmaat auto’s in een rotvaart voorbij. Hatelijk.

Ik zie de zon ondergaan. Wat missen we toch allemaal in dit leven? Welke schoonheid passeert voor onze neus, zonder dat we het zien? Zonder dat we er van genieten.

P1090084

Ik vraag me de laatste tijd weer af, waar we toch allemaal mee bezig zijn in dit leven. In welke mallemolen gooien we ons toch elke dag opnieuw. Missen we de basisdingen niet ? Missen we de schoonheid van de natuur niet? Missen we de rust niet ? Missen we de kleine dingen niet ?

Ik geef toe dat ik zelf helemaal verstrikt zit in het net. Nog niet in het minst door de keuze van werk. Maar ik verberg me vaak te snel achter het feit dat ik geen keuze heb. Maar ik kies er uiteindelijk zelf voor. We kunnen kiezen.

Keuzes.

Natuurlijk moeten we werken. Er moet brood op de plank komen. De rekeningen betalen zichzelf niet.

Maar we leggen ons zoveel druk op.

Ik voel me soms stilstaan op een kruispunt. Niet wetend welke weg te nemen. Stil.

Maar ik zie het, ik besef het.

Het leven is meer dan de race en de stress op het werk. Het leven is meer dan in de file staan. Het leven is meer dan alles negatief te bekijken. Het leven is meer dan de verzuurde en politiek correcte mensen rondom ons. Het leven is meer dan een hoop stenen. Het leven is meer dan een mooie bedrijfswagen. Het leven is meer dan de mooie schijn en schijnheiligheid. Het leven is meer dan Facebook.

Beseffen is één ding. Er iets mee doen, een ander.

Iemand zei me onlangs dat we meer moeten leven met ons hart.

Klef niet ?

Maar heeft hij niet ergens gelijk ?

P1000420

Als ik u toch een aanrader mag geven. Ga eens wandelen de volgende dagen en weken.

Of zet u eens buiten aan uw voordeur zoals een maat van mij onlangs voorstelde. Het was lang geleden dat ik zo genoten heb van mijn zondag. Met een tas koffie, kijken naar de wandelaars en fietsers die passeren. Babbelen over vroeger. Meer moet dat niet zijn. Geen uren in de auto zitten om naar de zee te rijden. Geen uitlaatgassen. Geen parkeerplaats zoeken. Geen gestress van moeten dit, of moeten dat. Niet MOETEN genieten. Nee. Gewoon, hou het simpel.

Simpele dingen zijn soms de mooiste.

Sociaal

P1050428

Ik ben niet de eerste, maar ook zeker niet de laatste persoon, die zich afvraagt wat de rol is van de sociale media in ons leven. Maar hierbij mijn gevoel en bedenkingen.

Een dikke week geleden besloot ik in een opwelling en persoonlijke redenen, om mijn facebook account af te sluiten. Verbazingwekkend genoeg, waren er geen 101 mechanismen of stappen te nemen om dit uit te voeren. Nee, je krijgt de vraag of je dit echt wil doen, en dan 10 mogelijkheden waarom je je account wil afsluiten. Ik heb “ik ben er gewoon even vantussen, ik kom snel terug” aangevinkt. En dat was het.

Eerlijk is eerlijk, ik was ergens wel verslaafd aan Facebook. Maar waarom ? Waarom heb ik de voorbije dagen zoveel last en tintelingen in mijn vingers gehad, om op dat alombekende icoontje te duwen op mijn computer of tablet.

De laatste weken had ik vrij veel bepaalde bedenkingen of dingen in het nieuws op mijn wall geplaatst. Misschien was het wel een soort van uitlaatklep. Een soort van partner waar ik tegen spreek, die ik niet heb. Al ontbreekt het bij mij niet aan sociaal contact. Verre van. Maar toch. Al prefereer ik eigenlijk Twitter, om korte uitspraken te posten en in de wereld te sturen.

Maar waarom deed ik het? Aandacht ? Bevestiging?

Laten we niet rond de pot draaien, we zijn toch vaak curieus of er daar zo’n rood bolletje verschijnt. Met een soort van kinderlijke curiositeit, verlangen we om op dat icoontje te duwen. Hoeveel likes heb ik? Krijg ik er überhaupt? En wat als ik er geen krijg, wis ik dan het bericht op mijn wall ? Komt dat niet te zielig over?

Is het om populair te zijn?

Is het om zoveel mogelijk likes te verzamelen? Zoveel mogelijk vrienden? Ben ik dan hip en interessant?

Een jaar geleden, ging ik van 300 vrienden naar 160. Ik maakte een grote schifting. Ken ik deze persoon? Heb ik hem/haar al ontmoet? Hoe goed ken ik deze persoon? Hoe vaak zie ik die? Ik bleef steken op 160. Wat eigenlijk nog ontzettend veel is.

Wat zijn vrienden? Welke criteria hanteer ik ? Wat is een “vriend”? Voor iedereen verschillend.

Maar wat trekt ons zo aan, aan Facebook? Wat posten we?

Als je alles es goed bekijkt op Facebook, dan zie je vooral muziek, verwijzingen naar dingen in het nieuws of HLN, levensspreuken, filmpjes,…En foto’s van reizen, kinderen, kussende koppels,…Op zich niks verkeerd mee, laat dat duidelijk zijn. Ik deed het zelf. Vakantiekiekjes van mijn dochter bijvoorbeeld. Ik deed er doodleuk aan mee.

Maar veel mensen op Facebook, willen graag tonen hoe goed het wel met hen gaat. Geluk. Liefde. Welstand. De ideale wereld dus. Het uitstalraam of de vitrine naar de wereld toe.

Maar waar is het negatieve? Het lijkt wel not done. Negatief zijn wordt bekeken als zwak en zielig. Mensen schuwen het. Een punt dat ik nog wel eens op een ander tijdstip hier op mijn blog zal beschrijven. Maar nee, ik vind weinig of geen negatieve dingen terug. Terwijl je eigenlijk weet dat er bij sommige mensen, achter dat kiekje wel degelijk een ander verhaal zit. Maar Facebook schetst een andere wereld. Je maakt jezelf. Je creert een profiel. Je probeert jezelf zo goed mogelijk, zo “cool” mogelijk voor te stellen.

Maar waarom tonen we graag aan de buitenwereld, wat we doen in ons leven. Waarom gaan we op stap of op reis en denken we,welke foto’s kan ik op Facebook zetten. Waarom verander ik mijn status, dat ik op restaurant zit. Welk nut heeft dat? Wat willen we daarmee bereiken of wat willen we daarbij voelen?

Om duidelijk te maken dat ik een interessant leven heb? Dat ik toffe dingen doe?

Geen idee. Willen we ergens tonen dat we het goed hebben, misschien wel.

Maar welk nut heeft dat, welk nut heeft het dat mijn 160, bij sommige 500 of meer, zogezegde vrienden, weten hoe goed ik het heb. Welk nut heeft het, dat zij zien welke leuke dingen ik doe?

Kijk eens iedereen ! Kijk! Ik heb een leven ! Ik doe leuke dingen! Ik ben blij en gelukkig! Kijk eens hoe goed ik het heb!

Maar moeten we dat dan per se op het net gaan gooien? Ik vind het een rare kronkel. Uiteindelijk denk ik, dat ik het niet nodig heb om dat te doen. Het hoeft niet. Mensen moeten niet blij zijn in mijn plaats, ik moet in eerste instantie zelf blij zijn met wat ik doe in mijn leven. Ik weet welke mensen er oprecht gelukkig zijn als ik iets mooi meemaak. En omgekeerd.

Los van de posters, heb je ook de niet-posters. Ze zitten er wel. Maar ze gooien zelden of niks op hun wall. Dat zijn de mensen die gewoon graag kijken, de voyeurs. Niks mis mee. Maar wat heb je eraan? De stille vrienden. Die uiteindelijk wel alles over jou weten, wat je geschreven en gepost hebt de laatste maanden, als je ze tegenkomt. Awkward.

Als je dan uiteindelijk over alles heen kijkt en je kan alles mooi filteren, kan je je afvragen of er nuttige dingen aan Facebook zijn. Ik vind van wel. Zo kunnen er leuke tips of recente dingen uit de media verschijnen, waardoor je op de hoogte blijft. Je blijft bij met trends. Van de onnozele dingen met giraffen of welke kleur van bh iemand aanheeft, word je daarentegen niet echt wijzer.

Wat kan er verder nog goed zijn? Messenger. Je kan met iemand of met een groep chatten en zo in contact blijven en afspreken. Een babbeltje doen. Al krijg je soms opmerkingen waarom je om 4 uur ‘s nachts nog aktief was. Mag het even? Ik bepaal wel zelf waneer ik slaap, dank u wel.  Maar met iemand babbelen of afspreken kan je ook gewoon op café doen, per telefoon of sms. Daar heb je eigenlijk geen chat voor nodig. Al is het wel gemakkelijk. Het vervelende is, dat ik door het afsluiten van Facebook, niet meer op Messenger kan.

Ergens kan je het ook zien als een tijdlijn, waarop je kan zien, wat je op een bepaald moment hebt gedaan of leuk vond. Een soort databank. Zo postte ik telkens mijn resultaten van het lopen. Om de evolutie voor mezelf te kunnen volgen. Al kan je dat eigenlijk ook met Strava.

Je weet ook wie er verjaart en je hoeft geen verjaardagskaartje meer te sturen.

Ik weet dat ik hier veel vragen en bedenkingen heb neergepend. Ik kan zelf niet direct een antwoord geven. Maar dat is misschien juist goed om bij stil te staan.

Hoe sociaal zijn de sociale media? Dat bepaal je vooral zelf. Hoe, wanneer en waarom je het wil gebruiken.

Bij sommige zal het zijn doel van “sociaal” wel bereiken, maar ik merk voor mezelf dat het mij geen sociaal voordeel oplevert.

Het is een medium dat gebruikt en misbruikt wordt.

Aan elk van ons, om te kijken wat we er mee doen.

Een dikke week later, is er weinig polemiek over het afsluiten van mijn account. Dus zo hard kunnen ze mij niet missen (hier hoort nu een smiley te staan).

De echte vrienden blijven, daar heb je geen Facebook voor nodig. Die weten waar je zit en waar je mee bezig bent. Die kom je wekelijks tegen of na een jaar. Zonder daar moeilijk over te doen.

Kom ik terug? Waarschijnlijk wel. Als de tijd daar rijp voor is. Maar nu neem ik, zoals een maat van mij het deze week zo mooi benoemde, e-verlof.

P1080328

Doodjammer

P1070825

Soms zijn er dagen waarbij je onder de grond zou kruipen. Dagen waarbij je gewoon efkes wil verdwijnen van deze aardbol. Vandaag is er zo ééntje. Alles lijkt precies stil te staan. Het werk, dat normaal al soms traag gaat, lijkt precies gewoon geen millimeter meer te vorderen. Alles is precies stil. Waarom gebeurt er niks? Zelfs de mailbox, die anders mails spuwt, is stilgevallen.

Nee, vandaag lukt het me niet. Geen happy gedoe of optimisme, geen ideale- wereld-gevoel zoals op Facebook. Het gaat me niet af.

Zelfs het feestgedruis van het WK voetbal glipt me voorbij. Nochtans vind ik het samenhorigheidsgevoel en de nimmer geziene aantallen tricolores in het straatbeeld wel fijn.

Mijn hoofd blijft maar malen, mijn hart likt zijn wonden. Dit zal nog wel even duren. Waarom toch…

Ik ga het negatieve niet schuwen in dit bericht. De meeste mensen weten precies niet meer hoe ze er moeten mee omgaan. Hoe is het? Een vraag waarop ze sowieso niet reageren of weten te reageren, bij een negatief anwoord.  Ach, het zal wel beteren. Of je nu goed of slecht antwoordt, het maakt niet uit.

Al doet het toch deugd als er iemand kan luisteren. Een soort van aderlating maar dan met mentaal gekwelde bloedcellen om het es anders te zeggen. Noem het gerust een instante therapie. Het uitgooien van frustraties en bedenkingen.

En al is het dan maar voor efkes een soort verlichting, het is er toch één.

En uiteindelijk moet ik toch alles relativeren. Wat is mijn ellendig gevoel op dit moment waard in vergelijking met mensen die echte problemen hebben. Ik leef nog. Al mag je niet alles onder de mat schuiven. Het blijft pijn doen. Maar we moeten erdoor.

Zo jammer.

Zo verdomd jammer.

Ik hoop dat ze voor eeuwig blijven staan

 

Goed voorbeeld doet goed volgen

IMG_0689
Dat was ik ongetwijfeld enkele maanden geleden, bij mijn zoektocht naar een fiets gps (een aanrader trouwens)

Doet u iets van sport? Een vraag die in de huidige maatschappij wel meer rond uw oren klettert. In mijn kabinet is het naast rookgewoonten een vaste vraag geworden. Waarbij dan allerlei antwoorden volgen, gaande van bowling, naar de koers kijken, petanquen en jawel, de klassieker, bedsport. Waarbij ik natuurlijk obligaat een lach op mijn gezicht dien te toveren en vraag, hoeveel uren? Pakweg een jaar geleden ging ik bijna nooit iets vragen over sport. Omdat ik gewoon zelf niks deed. Geen tijd, geen zin, te koud, te warm, te lastig. Maar wat als er dan een patiënt aan mij vraagt, dokter, doet u iets van sport? Euh…En daar bleef ik met een ambetant gevoel zitten. Hoe kan je mensen vragen iets te doen als je het zelf niet doet? Idem bij roken bijvoorbeeld. Hoe kan je mensen motiveren als je zelf het voorbeeld niet geeft? Omdat ik ook begon te voelen hoe snel ik buiten adem was, enkele trappen waren voldoende, en hoe snel vermoeid ik was in het algemeen, werd het stilaan tijd om er iets aan te doen.

En dan is er nog het gewicht. Nog zo’n klassieker. Gespreksonderwerp nummer 1 in de wachtzaal. We gooien elke patiënt op de weegschaal en die liegt natuurlijk  nooit. Onverbiddelijk komt er een papiertje uitgerold met daarop het verdict. Tegenwoordig zegt zo’n machien nog net niet hoe oud je gaat worden en hoe je er binnen 10 jaar in 3D gaat uit zien. Vetpercentage, spierpercentage, BMI, metabolische leeftijd,…En dan begint het. Ik wil vermageren dokter! Wel, het beste dat u kan doen is een combinatie van sporten en uw voedingspatroon veranderen. Als je daar dan zelf zit met een buikje, met een blikje cola naast je, dan lijk je de mensen wel vierkant uit te lachen.

Het heeft er allemaal voor gezorgd dat ik echt iets wou veranderen en in augustus van 2013, ben ik dus begonnen met sporten. Na jaren niks doen. Een paar pogingen, dat wel, maar nooit iets volgehouden. Mijn gewicht zat bijna tegen de 90 kg voor 1.82m lengte. Op zich geen drama, maar mijn BMI ging al lekker in de 26. Hier en daar een vetrolletje, kortom geen lijf voor in de boekskes, al kan met fotoshop alles tegenwoordig. Nee, er volgt geen voor en na foto. Helaas.

IMG_1128
De weegschaal is onverbiddelijk! In november toch al een doel bereikt, een BMI lager dan 25.

Mijn stalen ros stond al een tijdje in de garage weg te kwijnen. Een mountainbike die ik al bijna 10 jaar heb. De banden plat, de remmen vast. Dat op zich is al een demotivatie om te gaan fietsen. Eigenlijk wil je gewoon de poort open doen en fietsen, maar hij staat niet in orde, ach dan tokkelen we maar wat op de computer. Maar goed, de fiets bij de horens genomen en in orde gezet, nieuwe banden erop. Alles opgeblazen en gesmeerd. De eerste keer terug sporten is de moeilijkste keer zeggen ze altijd. Dat klopt voor een stuk. Je fietst en probeert al onmiddellijk het record van Eddy Merckx te kloppen.  Dat gaat goed ! Om dan na enkele kilometers te beseffen, waar ben je mee bezig ? Eénmaal thuis gekomen stap je af en sta je te duizelen als een tol. Oei oei, ik moet gaan zitten. En dan komen de endorfines. Alsof je net een shot valium hebt ingespoten. Zalig. Het gevoel van alle stress die wegvalt. Alsof er jou niks meer kan schelen. Verdoofd. Om dan over te gaan in een gevoel van dat je alles aankan in de wereld. Super. En de honger, die is er ook natuurlijk, je zou alles opeten. Waarbij het effect van caloriëen verbranden natuurlijk al omgebogen is naar een teveel aan opname. Maar who cares, we hebben gesport, we doen gezond !

Mooi, de eerste keer is een feit. Tegen jezelf zeg je, ok, dit ga ik nu echt eens lang doen en volhouden. Zoveel keer per week. Jahaaa ! Zoiets in dezelfde orde als de overtuiging dat je na een kater nooit meer geen druppel alcohol meer gaat aanraken. Maar dan moet die tweede keer komen. Ondertussen werk je nog voltijds, heb je een huishouden te doen , een sociaal leven, lopen er 3 katten tussen je benen en zet er een 7-jarige dochter het huis regelmatig op stelten. Papa, wat gaan we doen vandaag ?

En dan heb je toch je moed bij mekaar gesprokkeld voor die tweede maal. En dan is er plots dat gevoel van, ik kan niet meer ! Het lijkt wel of je terug moet leren fietsen, je komt geen meter vooruit. Afzien. Echt afzien. En natuurlijk probeer je toch te forceren, je wil niet afgaan voor de anderen. Zeker niet na het installeren van een app op je gsm, waarbij iedereen je nu kan volgen. Hoe goed, of laten we zeggen, hoe slecht je wel bent. Nee, ik geef niet af, als hij dat kan, kan ik dat ook. Maar die eerste keren zijn dus de moeilijkste vind ik. Wat er blijft is het zalige gevoel nadien. Die endorfines, keer op keer. En dan ben je uiteindelijk toch vertrokken. Je bent terug aan het sporten ! De kilo’s aan je lijf vinden het allemaal maar niks. Alsof ze gaan ophoepelen na wat kilometers fietsen, vergeet het.

P1040351
In actie in de Corrèze streek in Zuid-Frankrijk. Deze streek heeft het grootste netwerk van mtb-routes in Frankrijk. Een AB-SO-LU-TE aanrader!

Ik besluit om een week in Zuid-Frankrijk te gaan mountainbiken. De fiets in de koffer. Een beetje zenuwen. Het paradijs lonkt. En het paradijs ontgoochelde niet. Het ritme van lekker ontbijten, nog wat rustig verpozen met een koffie om dan alles klaar te maken en te gaan fietsen. Het is super. Ik, de fiets, de natuur en God. Meer moest dat niet zijn. Pure concentratie. Puur jezelf verder duwen met je spieren. Nee, geen diesel of benzine nodig. Modder, rotsen, gras, zand. Zweten en je ademhaling horen werken. De hemel. Ik had me nochtans voorgenomen om veel na te denken tijdens mijn trip. Uiteindelijk is daar niks van gekomen. En uiteindelijk was dat ook niet nodig. De stress en de zorgen vielen gewoon van me af. Nog zo’n gigantisch effect van sporten. Na enkele uren fietsen kom je dan terug in je verblijfplaats en ga je onder een warme douche staan. Lang, ontzettend lang. Za-lig. En dan ga je ’s avonds aan tafel zitten, met een paar Franse gasten, een glas rode wijn en lekkere pasta. Ik ben het zeker, dit behoort tot de zaligste momenten die er zijn. Genieten met de grote G. De tweede dag doe ik ook een rit op de verharde weg, naar een meer in de buurt. Ik heb er bijna 6 uren over gedaan en een paar keer gestorven onderweg. Ik besef dat mijn conditie zeker niet goed genoeg is om hier potten te breken. Maar grenzen heb ik zeker en vast verlegd. De dagen vliegen voorbij en ik keer terug naar huis.  Mijn conditie heeft hier deugd van gehad. Dit ga ik nog doen en raad ik ook aan, aan iedereen die graag fietst.

P1040274
In het dorpje Bugéat, mijn verblijfplaats in Frankrijk, tank ik mijn drinkbus vol met natuurlijk bronwater, kwestie van gezond bezig te zijn

Aangezien het fietsen deugd doet en alsmaar beter gaat, besluit ik om een oude pijnlijke liefde ook terug te proberen. Het lopen. Ik heb in het verleden geprobeerd om te lopen, maar door een knieblessure moest ik altijd vrij snel stoppen. Zonder er echt mee naar een specialist te gaan. Ik ben zelf eigenlijk een slechte patiënt, terwijl ik als dokter beter zou moeten weten. Ik moet het toegeven. Maar mijn schoenen zaten er waarschijnlijk voor een groot stuk tussen. Aangezien goed schoeisel dus een absolute voorwaarde is bij het lopen, besluit ik om naar een running center te gaan in Brugge. In dat center moet je op een loopband gaan staan om de hoek te bekijken die je voet maakt en daardoor ook de weerslag op je knie. Terwijl je na 1 minuut staat te hijgen als een hond die net het strand heeft afgedweild, vraagt de verkoper of ik al lang loop. Om toch niet te beroerd over te komen, zeg ik dat nog maar sinds kort loop.  Alsof hij dat niet weet dat de meeste hier waarschijnlijk nog geen meter asfalt gezien hebben. Maar de eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik de aanpak zeer professioneel vond, geduldig en respectvol, een aanrader! En daar staan ze dan. Je nieuwe schoenen. Ze lijken wel te vliegen in stilstand. Het is mooi weer en ik ga ervoor! Ik begin te lopen in de wijk en weiger om als een zielig figuur traag te lopen. Ik kan lopen zenne ! Nee, ik ben geen slak! Kijk eens naar mij hoe snel ik ga ! Eénmaal buiten de wijk, ongeveer 750 meter verder, klopt mijn hart zo hevig en probeer ik lucht te happen als een vis op het droge. Jep, ik ben dood. Ik overweeg om de ambulance te bellen. Maar na wat wandelen kon ik terug helder denken. Hoe stom kon ik zijn. Les 1: Als je niet kan lopen, moet je niet doen alsof je het wel kan en direct een kilometer willen spurten. Start to run, wat is dat ? Opbouwen is de sleutel!

Opbouwen dus. Ik bouw gemakkelijk op naar 5 km.  De evolutie gaat uiteindelijk vrij snel vind ik. Maar dan eh. Alles wat tussen de 5 en de 10 km ligt, wordt een ander paar mouwen. Ik wil te snel lange afstanden lopen, gevolg, een lopersknie rechts. De trap afkomen doe ik als een mens van 80 jaar met een slechte heup. Mankend naar het werk. Dit kan niet de bedoeling zijn van sporten. Ik besef dat dit een werk van lange adem is. Ik schroef mijn afstanden terug naar 4-5 km en…Ik luister naar muziek tijdens het lopen. Een aanrader. Een goeie beat, de avond die valt en tussen de velden lopen,…Wauw. Dit is genieten!   Ik loop terug weer goede tijden. En de knie doet het terug goed. Met als klap op de vuurpijl een loopwedstrijd. Met een te snelle start als typische beginnersfout. Maar wel een ervaring rijker. Dit smaakt naar meer.

IMG_0891
Mijn eerste loopwedstrijd, 5 km in Izegem, terug iets van mijn bucket list geschrapt.Veel te snel gestart en daarna 4 kilometer sterven, maar verdienstelijk gefinished in de middenmoot met een tijd onder de 30 minuten.

Ondertussen begin ik met een maat te babbelen om te gaan fitnessen. Dat is iets waar je niet echt alleen naartoe stapt. Ik toch niet. Dat zal wel zo’n macho wereld zijn zeker? En ik daar dan tussen, met mijn bleek ongetraind lijf en mijn buikje. Maar we stappen binnen en beginnen eraan. Het testosteron gehalte in de zaal is werkelijk voelbaar en…te ruiken. Iedereen draagt ook zo’n marcelleke. Kwestie dat je jezelf kan bewonderen in de spiegel. Waarom hangen ze hier in Godsnaam spiegels? Ik haat het sowieso al om mezelf in een spiegel te zien. Het doet me denken aan een balletzaal. Ik zie de gewichten liggen, 2 rijen vol. Ik probeer iets in het midden te tillen van de bovenste rij. Ik krijg precies het gevoel dat mijn arm afscheurt. Mijn maat merkt smalend op, dit is de Pussy row David. Ja, draai het er maar in. Maar ik besef dat dit opbouwen ook een verhaal van lange duur gaat zijn. De dag erna word ik wakker en wil ik opstaan. Even denk ik dat er een vrachtwagen over mij is gereden. Alles doet pijn en ik kan mij rechterarm niet meer plooien. Terug strompelend van de trap. Ik zie een patroon. Maar na een paar keer vermindert die pijn. Ondertussen hebben we een abonnement genomen en gaan we 2 tot 3 maal naar de fitness. Af en toe met een bokstraining en een buikspierles ertussen. Beide zijn ontzettend lastig maar geven variatie.

 Na enkele maanden voel en zie je je lichaam veranderen. En het gevaar schuilt. De verslaving. Ik heb soms weken van 9 uren sport. Je lichaam begint er als het ware naar te smeken en het voelt bijna onnatuurlijk als je een dag niks doet. Die verslaving komt er ook grotendeels door de motivatie die je krijgt, door die lichamelijke verandering en door het feit dat je je zo goed voelt. Vroeger ging ik 5 trappen omhoog en stond ik na te hijgen. Nu zie je dat als een uitdaging en zou je 5 verdiepingen omhoog vlammen. Het voelt zo ontzettend veel beter aan. Je lichaam vraagt er ook achter na een bepaalde tijd. Die blijvende roes ook van endorfines. Maar het gevaar schuilt dus ontzettend hard. En dan kom ik bij les 2 en 3. Voldoende rust inbouwen. Tussen het sporten in. Je lichaam de kans geven om te herstellen. Want telkens ga je je lichaam gaan belasten tot overbelasten. Je verzwakt jezelf als het ware, om daarna terug te herstellen en sterker te worden.

IMG_0630
Daar sta je dan te hijgen, na het beklimmen van de Poelberg (Tielt), en dan krijg je dit bord te zien. De hartslag als indicator bij het trainen.

En de derde les, maar niet de minste, pas je voeding aan. Al dat sporten zorgt ervoor dat je spiermassa gaat opbouwen. En die spieren verbruiken nogal wat benzine, ook in rust. Eigenlijk moet je bijna de ganse dag door gaan eten. Waarbij het ontbijt het belangrijkste is. Voldoende fruit en groenten. Voldoende eiwitten. Je kan daarbij voor shakes gaan, maar dan rem je het honger gevoel. Goed zal je zeggen om te vermageren, maar uit eigen ervaring weet ik wel beter na een kleine crash. Eten dus !

IMG_1091
Mijn favoriete bezigheid deze winter, heerlijk!

Mijn voornemen voor 2014 is om mijn sport verder te blijven zetten. In de mate van het mogelijke ik dit kan combineren met mijn privé leven, tijd maken dus. Op mijn to do lijstje staat in ieder geval de halve marathon van Brussel en ik droom toch ook van een Mont Ventoux of Alpe ‘d Huez te beklimmen. Al zal ik mij dan meer moeten gaan toeleggen op het fietsen en een koersfiets moeten aanschaffen. Ondertussen blijf ik in de winter met de mountainbike in de modder ploeteren, met als doel om in mei terug naar Frankrijk een weekje te gaan offroad rijden. Ik zou ook graag beginnen met zwemmen. Triatlon lijkt me op dit moment gewoon te zwaar en staat niet voor 2014 gepland. Andere sporten staan ook op het programma, zoals bergklimmen. En wat de fitness betreft, gewoon onderhouden wat er nu is en blijven trainen. Een jerommeke hoef ik niet te worden en testosteron heb ik genoeg. En nee er volgt nu geen selfie.

Mens sana in corpore sano!

Mijn beste wensen

Ik geef toe, het is mij niet erg goed gelukt om veel te schrijven het voorbije jaar. Integendeel. Ik probeer in 2014 in ieder geval terug een paar goede pogingen te doen.

Alvast mijn beste wensen voor 2014, een goede gezondheid, een portie geluk en de rest prutsen jullie zelf wel in mekaar.

Mijn eigen goede voornemen is al in augustus 2013 begonnen en daar gaat mijn eerste stukje dit jaar over.

Veel leesplezier.

David